< 1 2 >
Breuken optellen
Om allerlei redenen vinden mensen het optellen van breuken moeilijk. Het is allemaal heel logisch.
Voorbeeld 1
Op de basisschool heb je leren rekenen met breuken zoals
Voorbeeld 2
Sommige breuken geven meer werk
Je moet eerst de noemers gelijk maken
Een tekening toont dit overduidelijk
• • • + • • • = • • • • • • • • • • • •
Voorbeeld 3
Soms is een breuk best lastig, maar het werkt altijd op dezelfde manier
Hier storen twee dingen: de komma's en het minteken. Dan zoeken we natuurlijk als eerste een oplossing voor de komma's
Nou, die komma's zijn we mooi kwijt. Nu de noemers gelijk maken
en je ziet, het probleem met het minteken heeft zich vanzelf opgelost.
Voorbeeld 4
We maken het nu nog lastiger
Hier storen de mintekens nog erger dan de komma, dus daar doen we eerst wat aan
Dat ging snel, en de rest kennen we al
Dit kunnen we nog vereenvoudigen, en dat gaat op een soortgelijke manier
Je mag de hele teller en de hele noemer dus ook delen door hetzelfde getal.
Voorbeeld 5
Nu gaan we het eens proberen met letters, en je zult zien dat werkt net zo
Je moet eerst de noemers gelijk maken
Dat is de goede uitkomst. Je begrijpt wel dat a × b hetzelfde is als b × a, want 2 × 3 is immers net zo veel als 3 × 2. Als we ook nog op de alfabetische volgorde letten, dan schrijf je het antwoord als
Voorbeeld 6
Niets let ons nu nog om de volgende opgave uit te rekenen
Stap voor stap pakken we dit aan
We raden dat de noemer 50a moet worden
Het valt op dat we de hele teller en de hele noemer door 10 kunnen delen